Met deze simpele ingreep straalt je tuin maandenlang in de lente

De herfst staat vaak in het teken van opruimen: bladeren harken, tuinmeubels opbergen en de tuin voorbereiden op de winter. Maar wie denkt dat het tuinjaar nu voorbij is, vergist zich. Juist in deze periode leg je de basis voor een tuin die je in het voorjaar beloont met kleur en vrolijkheid. Bloembollen zoals tulpen, narcissen en krokussen moet je nu de grond in steken, zodat ze in de lente spectaculair tot bloei komen.

Wat je niet mag missen:

🌷 Tulpen, narcissen en krokussen plant je best in de herfst
🌱 Bollen hebben kou nodig om te ontkiemen
⏳ Plant ze op tijd: tot de eerste vorst kan je nog aan de slag
💡 Een paar simpele regels garanderen succes

Waarom nu?

Bloembollen hebben een koudeperiode nodig om wortels te vormen en te kunnen bloeien. De herfst – van september tot november – is daarom ideaal. De bodem is nog warm genoeg om wortelgroei op gang te brengen, terwijl de koude maanden die volgen de bloei activeren. Plant je ze te laat of te vroeg, dan loop je kans dat ze minder krachtig bloeien.

Welke bloembollen kies je?

Tulpen

De klassieker onder de lentebloeiers. Ze bestaan in honderden kleuren en variëteiten, van felroze tot dieprood en van eenvoudig tot dubbellaags. Tulpen bloeien meestal in april-mei en geven je tuin een vrolijke, volle uitstraling.

Narcissen

Bekend om hun gele trompetbloemen die direct een lentegevoel oproepen. Narcissen zijn erg sterk, komen jaar na jaar terug en zijn minder aantrekkelijk voor hongerige dieren zoals muizen.

Krokussen

Echte voorjaarsbodes: ze bloeien vaak al in februari-maart. Zet ze in groepjes in het gazon of in potten voor een kleurrijk effect zodra de winter verdwijnt.

Hyacinten (extra tip)

Met hun sterke geur en dichte bloemenaren brengen ze niet alleen kleur maar ook aroma in je tuin.

Hoe plant je bloembollen?

1. Kies een zonnige plek: bloembollen houden van licht en luchtige grond.
2. Graaf een gat: als vuistregel plant je bollen driemaal zo diep als hun hoogte. Een bol van 5 cm plant je dus 15 cm diep.
3. Leg de bol met de punt naar boven: zo vindt de spruit makkelijk zijn weg naar boven.
4. Laat ruimte tussen de bollen: zo krijgen ze genoeg plaats om te groeien.
5. Bedek met aarde en geef water: zeker als de grond droog is, helpt een beetje water bij het wortelen.

In de volle grond of in potten

Bloembollen doen het niet alleen in borders, maar ook in potten en bakken. Kies voor een pot met een gat onderaan zodat overtollig water weg kan. Leg een laagje grind onderin, vul met potgrond en steek de bollen op dezelfde manier als in de volle grond. Zo breng je ook op je terras of balkon kleur in de lente.

Creatieve combinaties

Wil je echt uitpakken, plant dan bollen in lagen, ook wel een "lasagnebeplanting" genoemd. Eerst de grootste bollen onderin (bijvoorbeeld tulpen), daarboven een laag kleinere bollen (zoals narcissen) en helemaal bovenaan krokussen of blauwe druifjes. Zo krijg je een opeenvolging van bloei: vanaf februari tot mei staat er altijd iets in bloei.

Nu een beetje moeite, straks een groot effect

Het leuke aan bloembollen is dat ze weinig werk vragen, maar veel teruggeven. Je hoeft ze maar één keer te planten en daarna doet de natuur het werk. In het voorjaar word je beloond met kleurvlakken vol bloemen die meteen voor een goed humeur zorgen.

Kortom: wie nu nog bloembollen plant, legt de basis voor een tuin die in de lente straalt van kleur. Het kost weinig moeite, maar levert maandenlang plezier.